Duurzaamheid

Nederland ligt voor een groot deel onder de zeespiegel. 
Regenwateropvang, veranderende polders, nieuwe energievoorziening en mobiliteit vragen om nieuwe inrichtingsprincipes. 

Groenstructuurplan

Binnen stedelijk gebied vormt de groen- en waterstructuur een belangrijke buffer. Zowel wateropvang in de directe omgeving als hittebestrijding door de aanplant van bomen geeft veel voordelen.

Landschappelijke inpassing

  
Landschappelijke inpassing van bedrijven vormt een belangrijk onderdeel van ecologische duurzaamheid. 
Bij de ontwikkeling van agrarische bedrijven kan hiervoor de maatlat duurzame veehouderij toegepast worden. 
 
Belangrijke uitgangspunten voor een visie op duurzame energie

  • Beperk de energievraag
  • Houd rekening met het netwerk
  • Technische vernieuwing, efficiënt gebruik van energie
  • Gebruik energie uit hernieuwbare bronnen, zon, wind en aardwarmte
  • Benut beschikbare energie op het juiste moment
  • Benut en realiseer potentiële energiebronnen, zoet-zout water, hoogteverschil, natuurlijke afstroming
  • Bescherm natuur en landbouw tegen roofbouw ten behoeve van energie  


Duurzaamheid heeft te maken met hergebruik en transformatiesnelheid van gebouwen, grond en materialen. In de planologie worden per ‘laagtype’ verschillende transformatiesnelheden onderscheiden. 

Transformatiecyclus van eeuwen en meer:
ondergrond: 
Verstoring van de ondergrond zorgt voor bodemdaling, zeewaterstijging, klimaatverandering en ontgrondingen  op korte en middellange termijn...... 












Voor netwerken geldt een transformatiecyclus van een periode tussen de 20 en 80 jaar. 

waterstructuur: 
Evenwicht  is noodzakelijk
Verdroging en opvang van piekbuien vragen om aanpassing van het watersysteem.
groenstructuur: 
variatie aanwezig van hoog dynamische gebieden (bijvoorbeeld getijdengebied, wisselende milieuomstandigheden) en laag dynamische gebieden (oud loofbos, complex hoogwaardig evenwicht).
wegenstructuur: 
verandert van orde (oude provinciale weg wordt hoofdweg dorp)   




Voor de occupatie laag geldt een transformatiecyclus van 10 tot 40 jaar. 

bebouwingsstructuur: 
Initiatieven ontstaan vanuit de behoefte van bestaande bewoners, dorpen en steden
Oude steden, hoge kwaliteit en variatie in eigendom
Eigendom, verstoring van de ondergrond en financiering beperken het gebruik van stedelijk gebied voor andere functies. 
Herstructurering en stimuleringsregelingen zorgen tegenwoordig voor vernieuwing van stedelijk gebied.  
De kwaliteit van 'tijdelijke' vormen van huisvesting zoals toerisme, verblijfsrecreatie en verblijf van asielzoekers en arbeidsmigranten vraagt om een nieuwe visie op verstedelijking. 


Share by: